“Het is
niet aan filosofen en sociologen om de wereld opnieuw in te richten. Architecten
moeten de gelegenheid krijgen om de wereld vorm te geven...”
Met dit citaat zitten we midden in het thema dat Arnon
Grunberg koos voor zijn nieuwste boek De
man zonder ziekte. Een roman die draait om de illusie van een veilige en
maakbare wereld. De hoofdpersoon is Samarendra Ambani, kortweg Sam. Sam is een
in Zwitserland levende architect, met een Indiase achtergrond en hij is het
prototype van rationaliteit, beheersbaarheid en conformisme. Emoties lijkt hij
nauwelijks te hebben. Hij heeft een preoccupatie met properheid en zijn vriendin
Nina is dan ook de meest beschaafde vrouw die Sam ooit heeft ontmoet. “Nina was ook zeer hygiënisch. Voor ze zijn
geslachtsdeel in zijn mond nam, veegde ze het af met een vochtig billendoekje”.
In schril contrast met de perfecte Nina staat Sams zus Aida die zwaar
gehandicapt is. “Eigenlijk is ze nog geen
mens, eerder een constructie die niet ten einde is gebouwd is. Ze is een
vermoeden van een mens, een bouwput en hij hoopt dat ze nu eindelijk zal worden
afgebouwd”.
Op een zeker moment slaat het noodlot toe in Sams keurige
leventje. Als hij ingaat op de uitnodiging om een operagebouw in Bagdad te
ontwerpen en daartoe afreist naar Irak, blijkt de opdrachtgever overleden en
wordt hij gevangengezet en gemarteld omdat men gelooft dat hij een spion is.
Een reden voor die verdachtmaking wordt niet gegeven. De krachten die Sams
rationele bestaan ondermijnen zijn volstrekt willekeurig. Ze komen uit een duister
gebied dat niets met Sams geordende leven te maken heeft.
Desondanks blijft Sam geloven in de kracht van zijn Zwitsers
staatsburgerschap. “De Zwitsers hebben
geen vijand”. “Ik ben neutraal”. Het is een bezweringsformule die hij
eindeloos herhaalt, maar die desondanks niet kan voorkomen dat zijn bewakers
over hem heen urineren. Op het moment dat alle hoop op redding vervolgen lijkt,
wordt Sam alsnog bevrijd door de Zwitserse ambassade, en de lezer krijgt even
ruimte om te hopen op een goed einde. Dat wordt Sam echter niet vergund. De
thuiskomst in Zwitserland blijkt slechts een rustpunt voor de apocalyps die nog
gaat volgen, want ondanks zijn eerdere traumatische ervaring reist Sam opnieuw
af naar het Midden-Oosten. Ditmaal naar Dubai om een bibliotheek annex bunker
te bouwen. Sam meent dat hij daar wel veilig zal zijn. Het is een plek waar “geld de meeste problemen kan oplossen,
mochten er problemen ontstaan. Eigenlijk net Zwitserland.” De werkelijkheid
blijkt anders. Sam wordt opgepakt tijdens een alcoholcontrole en komt opnieuw
in de hel van de chaos, de dubbelzinnigheid en de irrationaliteit terecht.
Uiteindelijk zal hij ter dood worden veroordeeld en daarna geëxecuteerd.
Wat probeert Grunberg met deze moderne tragedie te
vertellen? Gaat hem om de algemene boodschap dat het lot altijd toe kan slaan
en dat veiligheid een illusie is? Ten dele wel, maar de boodschap reikt mijns
inziens verder. Grunberg heeft niet voor niets een rationele, emotieloze en ‘neutrale’
(lees: moreel onverschillige) schepper (architect) als hoofdpersoon gekozen. Een man “die
zich nooit heeft laten kennen” en die zich alleen wil identificeren met
zijn (keurige) Zwitserse en niet met zijn (veelkleurige) Indiase achtergrond.
Door deze karakterkeuze gaat met de dood van Sam niet alleen de illusie van
veiligheid ten gronde, maar executeert Grunberg feitelijk de menselijke
hoogmoed die tot uitdrukking komt in het geloof dat de wereld en de mens maakbaar
zijn. Sam meent oprecht dat hij alleen de schoonheid kan dienen zonder vuile
handen te maken. Hij gelooft werkelijk dat hij “zonder ziekte” is en voorbij
kan leven aan alles wat slecht, lelijk en zonder doel is, of dat hij zulke
zaken domweg kan oplossen (met geld, een medische ingreep, een operagebouw).
“De toekomst is aan
hen die haar vormgeven” zegt een leermeester van Sam. Maar wie daarbij
perfectie als enige richtlijn hanteert, kan weleens diep vallen. Dat Grunberg
de naar perfectie strevende Sam het meest laat houden van zijn zwaar gehandicapte
en onvolmaakte zus, is wellicht veelzeggend. Liefde is niet gevoelig voor
perfectie. Liefde manifesteert zich dwars door alles heen. Als er een greintje
hoop in dit verhaal te ontdekken valt, dan is het deze liefde, die als onkruid
door het bolwerk van de perfectie heen woekert.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten